Zet bewoners aan zet: zo betrek je ze actief bij hun eigen zorg
Astrid Willemse, coach bij Thebe ABC [regio Alphen, Baarle-Nassau en Chaam], is een expert in het verbeteren van zorg en het vergroten van de zelfredzaamheid van bewoners. Door het organiseren van familieavonden, babbeluurtjes met bewoners en overleggen voor medewerkers, wordt iedereen betrokken bij het werken vanuit ‘De Bedoeling’. Ze deelt 5 praktische adviezen die zorgmedewerkers, bewoners en naasten direct kunnen toepassen.
1: Betrek bewoners bij hun eigen zorg
“Bespreek met bewoners wat zij zelf nog kunnen en willen doen. Kunnen ze bijvoorbeeld zelf ontbijten? Betrek ergo en fysio voor hulpmiddelen die het makkelijker maken, zoals een dienblad aan de rollator. Zo kunnen ze zelf hun koffie meenemen. Een antislipmatje kan helpen bij het smeren van brood of jam uit de pot halen, zodat ze dit zelfstandig kunnen doen. Kleine aanpassingen maken een groot verschil.”
2: Stimuleer samenwerking en hulp onder bewoners
“Moedig bewoners aan om elkaar te helpen in plaats van te wachten op hulp van zorgmedewerkers. Als iemand ergens niet bij kan, kan een andere bewoner even helpen. Bijvoorbeeld tijdens het ontbijt bij een simpele handeling als het aangeven van brood of beleg. Dit versterkt de gemeenschap en vergroot de zelfredzaamheid.
3: Versterk de band tussen bewoners en hun naasten
“Goede gesprekken en gezamenlijke activiteiten zorgen voor een sterkere band tussen bewoners en hun familie. Laat familieleden niet alleen op bezoek komen voor koffie, maar moedig ze aan om samen iets actiefs te doen, zoals fietsen of de kledingkast opruimen. Vaak weten naasten ook niet wat ze wel en niet kunnen of mogen doen, ga daarom in gesprek. Dit zorgt voor waardevolle gesprekken en versterkt de relatie.”
4: Organiseer regelmatige overlegmomenten
“Organiseer elke zes tot acht weken een babbeluurtje voor bewoners. Vraag wat zij belangrijk vinden en bespreek hoe het eten ze bevalt. Dit is ook een goed moment om te kijken welke aanpassingen nodig zijn in de zorg. Door bewoners actief te betrekken, voelen ze zich gehoord en gewaardeerd. Ze bereiden zich zelfs voor op deze vergaderingen en vertellen trots aan hun kinderen dat ze eraan deelnemen.”
5: Neem de tijd voor veranderingen en observeer goed
“Wil je veranderingen doorvoeren? Observeer en praat met de bewoners. Kijk wat er nodig is en neem de tijd voor aanpassingen. Geef het een proeftijd. Als het 's morgens goed gaat in de huiskamer, betekent dit niet dat je dezelfde veranderingen direct in de avond kunt doorvoeren. Niet iedereen is gelijk mee met veranderingen, dus geef ze de tijd om te wennen. Blijf constant in gesprek en observeer goed, zo verbeter je continu de zorg.” Zorg ook dat afspraken geborgd worden.
Astrids aanpak vergroot niet alleen de zelfstandigheid van bewoners, maar verbetert ook de sfeer en het welzijn in de woonkamer. Blije gezichten en goede gesprekken zijn het resultaat van deze gezamenlijke inspanningen. Laten we samen blijven werken aan een betere zorg voor morgen! (‘de bedoeling’).